Kook de aardappelen in gezouten water gaar. Giet ze af en doe ze opnieuw in de kom. Voeg de karnemelk en de boter toe en kruid royaal met nootmuskaat en met peper en zout. Breng de melk aan de kook en stamp de puree. Voeg op het einde een eigeel toe, voor een mooie binding en mooie kleur van je puree.
Pocheer de eieren in licht kokend water - 3 Ć 4 minuten. Of kook de eieren ook in een 4-tal minuten tot licht gekookte eitjes.
Was de spinazie en bak ze in een diepe pan. Doe hiervoor een klontje boter in een pan en laat dit smelten. Voeg dan de spinazie toe en laat het vuur goed heet worden. Blijf roeren, na 3 minuten ongeveer is de spinazie gaar. Haal ze dan van het vuur en kruid met nootmuskaat, peper en zout.
Hollandaise saus
Maak indien gewenst de Hollandaise saus. Doe 2 eierdooiers in een kom en voeg een eierdopje of 1 el water toe. Zet deze kom in een grotere pot met kokend water. Hang de kom met de dooiers boven het kokende water, zonder dat de kom het water raakt.
Blijf voortdurend kloppen met een garde tot de saus dik wordt. Opgelet, laat dit mengsel niet koken, anders heb je omelet ipv saus. Wanneer de saus dik is voeg je geklaarde boter toe. Blijf voortdurend roeren en werk af met wat citroensap, cayennepeper en zout.
Voor geklaarde boter, zet je de boter op een middelhoog vuur en je laat de boter smelten. Je ziet zowel boven als onderaan een laag verschijnen. De bovenste schuimlaag haal je er af en ook de onderste laag, met de eiwitten, mag weg. Het middelste deel is geklaarde boter of ghee. Deze is perfect ook om mee te bakken, want ze is bestand tegen hogere temperaturen .
Afwerking
Doe in een diep bord en bodem spinazie en schep er een lepel totjespap op. Leg het ei op de puree en giet er een lepel Hollandaise over. Strooi garnalen over je gerecht en werk verder af met waterkers.